Privacy

Bij het verlenen van hulp en zorg aan jeugdigen en hun ouders of verzorgers zijn vaak veel organisaties en professionals van verschillende disciplines in het jeugddomein en daarbuiten betrokken. Het gaat daarbij onder andere om jeugdhulpverleners, artsen, gezinsvoogden, en ambtenaren, elk met hun eigen deskundigheid en verantwoordelijkheid.

Wat ons bindt is het doel dat iedere jeugdige zich kan ontwikkelen en gezond en veilig opgroeit. In de hulp en zorg aan jeugdigen en hun ouders/verzorgers staat dit voorop. We gaan uit van de eigen kracht van de jeugdige en zijn ouders/verzorgers, van hun eigen oplossingsvermogen en hun eigen vermogen tot het voeren van regie. De hulp en zorg wordt waar nodig in samenhang verleend. Samenwerken veronderstelt uitwisseling van persoonsgegevens. Zowel bij het vragen als het verstrekken van persoonsgegevens respecteren wij de wensen van betrokkenen. Slechts in situaties waar dat niet mogelijk is of blijkt, en waar de uitwisseling van persoonsgegevens noodzakelijk en wettelijk verplicht is, wijken wij hier gemotiveerd vanaf. Wij melden dit altijd vooraf aan de betrokken jeugdige en/of de ouders.

Bij samenwerking kunnen spanningen en dilemma’s ontstaan over de vraag of en welke persoonsgegevens uitgewisseld mogen worden tussen professionals. Bijvoorbeeld doordat vanuit verschillende verantwoordelijkheden andere inschattingen gemaakt worden over de noodzaak om bepaalde gegevens uit te wisselen. Hierbij speelt vaak de vraag hoe het uitwisselen van persoonsgegevens zich verhoudt tot de professionele geheimhoudingsverplichtingen. Als persoonsgegevens worden uitgewisseld, spreekt het voor zich dat deze moeten kloppen, dat het feitelijke gegevens betreft en geen subjectieve kwalificaties.

De uitgangspunten van de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming), met de criteria dat gegevens alleen mogen worden verwerkt als dit noodzakelijk is voor de eigen taakvervulling, de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit, de rechten van de betrokkenen en de wetgeving waarin de professionele geheimhoudingsverplichtingen zijn vastgelegd, bieden kaders voor het handelen.

 

De positie van de jeugdige, ouders of verzorgers

  1. Wij respecteren de rechten van de jeugdige, zijn ouders of verzorgers.
  2. Dit betekent dat wij de jeugdige en zijn ouders of verzorgers in staat stellen om zichzelf een oordeel te vormen over de noodzaak om persoonsgegevens te verwerken of uit te wisselen. Wij zijn transparant over de voorgenomen gegevensverwerking, leggen het waarom van de noodzaak tot gegevensverwerking- en -uitwisseling uit, informeren hen over hun rechten en stellen hen in staat deze uit te oefenen.

    Uitgangspunt is dat wij geen gegevens verwerken als betrokkene(n) hier bezwaar tegen heeft (hebben). En wij vragen expliciet toestemming als wij persoonsgegevens willen vragen of verstrekken waarop een professionele geheimhoudingsverplichting rust.
    Hier zijn uitzonderingen op mogelijk, maar alleen als er sprake is van een zwaarwegend belang of een wettelijke bepaling die het mogelijk maakt of verplicht stelt gegevens zonder toestemming te verwerken. In dergelijke situaties motiveren wij onze handelwijze en proberen wij desondanks zoveel mogelijk tegemoet te komen aan de geuite bezwaren.

  3. Wij praten mét de jeugdige, zijn ouders of verzorgers. Wij praten niet over hen zonder hen.
  4. Uitgangspunt is dat waar overleg tussen professionals over een jeugdige, zijn ouders of verzorgers noodzakelijk is, dit gebeurt in het bijzijn van en met instemming van de betrokkene(n).
    Er zijn echter situaties denkbaar waarin dit niet mogelijk is. Dit vraagt dan om een zorgvuldige afweging en moet altijd gemotiveerd worden. Betrokkenen worden in zulke situaties in principe altijd vooraf geïnformeerd. Alleen als dit niet anders kan, gebeurt dit achteraf.

  5. Wij zien vertrouwelijkheid als een waarborg voor de toegankelijkheid van de hulp- en zorgverlening en als randvoorwaarde voor de kwaliteit ervan.
  6. Dit betekent dat wij ons realiseren dat als deze garantie voor de jeugdige en zijn ouders of verzorgers ontbreekt, dit hen ervan kan weerhouden om de benodigde hulp of zorg te zoeken en/of te aanvaarden, of om de informatie te verstrekken die noodzakelijk is voor een kwalitatief goede jeugdzorg.

 

De professional en de samenwerking tussen professionals

  1. Wij vertrouwen elkaar in onze deskundigheid en professionaliteit.
  2. Dit betekent dat wij geen persoonsgegevens over een jeugdige en zijn ouders of verzorgers opvragen, met als doel het deskundige oordeel van de ander nog een keer te controleren.

  3. Wij vragen nooit méér persoonsgegevens dan strikt noodzakelijk.
  4. Dit betekent dat als wij persoonsgegevens vragen, degene aan wie wij die vragen, er altijd van op aan kan dat wij een bewuste en zorgvuldige afweging hebben gemaakt over de noodzaak hiervan voor onze eigen taak. Wij stellen ons daarbij altijd de vraag of het doel waarvoor wij de gegevens nodig hebben ook bereikt kan worden door minder, of helemaal geen persoonsgegevens te vragen.

  5. Wij zijn altijd transparant over met welk doel wij persoonsgegevens vragen.
  6. Dit betekent dat we aan elkaar uitleggen met welk doel wij persoonsgegevens over een jeugdige of diens ouders of verzorgers aan elkaar vragen. En dat de ander erop mag vertrouwen dat we de verstrekte persoonsgegevens vervolgens niet voor een geheel ander doel gaan gebruiken.

  7. Wij respecteren de positie en eigen verantwoordelijkheid van de professional aan wie wij persoonsgegevens vragen.
  8. Dit betekent onder andere dat wij ons bewust zijn van de beperkingen voor de ander om persoonsgegevens te verstrekken. Beperkingen die voort kunnen vloeien uit bijvoorbeeld een professionele geheimhoudingsverplichting, en de professionele ethiek en beroepscodes die voor de ander gelden.

  9. Wij maken altijd een zorgvuldige afweging of het mogelijk is om gegevens te verstrekken in het belang van de jeugdige.
  10. Dit betekent dat wij de vraag van de ander serieus in overweging nemen en voor ons toepasselijke wetgeving, beroeps- en meldcodes ook actief gebruiken om tot een zorgvuldige afweging te komen alvorens al dan niet te verstrekken. Het oplossen van de problematiek in het belang van de jeugdige en zijn ouders of verzorgers laten wij in belangrijke mate meewegen bij onze beslissing.

  11. Wij hebben vertrouwen in de andere professional, dat deze de afweging om wel of geen gegevens te vragen of te verstrekken zorgvuldig heeft gemaakt.
  12. Dit betekent dat wij elkaar niet onder druk zetten. Zo nodig gaan we het gesprek aan om beter zicht te krijgen op doel en achtergrond van een vraag om persoonsgegevens, of de afweging om gegevens niet te verstrekken, en zo tot mogelijk andere oplossingen te komen.

  13. Wij voelen ons verantwoordelijk om waar mogelijk bij te dragen aan oplossingen voor de probleemsituatie van een jeugdige, zijn ouders of verzorgers, ook als bepaalde gegevensuitwisseling niet mogelijk is.
  14. Dit betekent dat in situaties waarin wij tot de conclusie komen dat persoonsgegevens niet kunnen worden verstrekt, bijvoorbeeld vanwege professionele geheimhoudingsverplichtingen, wij bekijken of we op een andere manier kunnen bijdragen aan een oplossing voor de probleemsituaties van jeugdigen en hun ouders/verzorgers, of aan het voorkomen van escalatie van problemen.